Hoe doen we het als ouders...... met onze kinderen?
De klassen
We weten meestal wat we willen voor onze kinderen.
We weten vaak niet hoe we het doen en schrikken als we onszelf op videobeelden zien.
We zijn benieuwd hoe anderen het met hun kinderen doen.
Elke ouder doet het op de manier die past bij zijn ontwikkeling: een overzicht.
 
 
In klas één: In deze huizen staat macht en onmacht centraal. We zien hier drie verschillende types ouders.
De eerste ouders zijn strenge ouders die hun macht gebruiken en boven hun kinderen staan. Ze kneden hun kinderen naar hun wensen en verlangens. Hun kinderen kunnen zich alleen maar aanpassen en gehoorzaam zijn. Opstandigheid wordt door deze ouders zwaar gestraft. Tucht en discipline staan hoog in het vaandel. Kinderen passen zich aan uit angst voor straf, maar ze leren ook liegen en bedriegen als ze er de kans toe krijgen.
 
De tweede ouders zijn ouders die niet in staat zijn om leiding aan hun eigen leven en aan het leven van hun kinderen te geven. Hun kinderen doen en laten wat ze willen. Er zijn geen regels en geen grenzen. Deze kinderen worden letterlijk en figuurlijk aan hun lot overgelaten en elk kind zoekt zijn weg op zijn eigen manier.
 
Het derde type ouders zijn onmachtige ouders die alles wat ze gemist hebben in hun eigen leven bij hun kinderen halen. Ze hebben behoefte aan aandacht en bevestiging. Hun kinderen gaan voor hen zorgen, hen blij maken en hen het leven aangenaam maken. Het leven van ouder en kind is daarbij volledig verstrengeld met elkaar. Het kind voelt zich uitverkoren en verwaarloosd tegelijk, maar dit hele gebeuren gaat ten koste van het groeiproces van het kind.
 
In klas twee: zien we ouders die hun kinderen opvoeden. Zij weten wat goed is voor hun kind en hun kinderen moeten zich aanpassen en luisteren naar hen. Ze staan boven hun kinderen en geven hun kinderen ook aandacht, liefde en zorg. Ze leven zelf met een uiterlijk kompas: de oordelen van anderen en van de maatschappij zijn belangrijk voor hen. Ze zorgen ervoor dat hun kinderen aangepaste burgers worden die passen in de maatschappij en later liefst zo hoog mogelijk op de maatschappelijke ladder klimmen.
 
In klas drie zien we ouders die zich aan het losmaken zijn van de beperkingen die ze zelf in hun leven ervaren hebben. Ze zetten zich af tegen regels en normen en zijn opstandig. Ze leggen hun kind geen regels op en geven het een vrije opvoeding waarin geen houvast is voor het kind.
 
In klas vier zien we ouders die zelf in beweging zijn. Ze ontdekken wie ze zelf in hun binnenwereld zijn, ze groeien naar meer autonomie en zelfstandigheid en hebben hun handen vol aan zichzelf. Ze proberen hun kinderen in hun waarde te zien en te luisteren naar de binnenwereld van hun kind maar zijn zoekend in het geven van leiding aan hun kinderen.
 
In klas vijf zien we ouders die opnieuw hun eigen leven op orde hebben. Ze hebben hun eigen binnenwereld als kompas ontdekt en kunnen hun kinderen ook steunen om hun binnenwereld als hun kompas te zien. In hun ouderschap laten ze hun kinderen openbloeien in wie ze zijn. Ze helpen hun kinderen om in hun kracht en liefde voor zichzelf te blijven. Ze geven duidelijk leiding aan hen vanuit hun liefde en kracht.
 
In klas zes zien we ouders die moeiteloos aan hun kinderen leiding kunnen geven. Ze maken hun kinderen op een natuurlijke manier vertrouwd met het leven. Ze doen dit vanuit een liefdevolle houding naar zichzelf. De relatie is een stevige bedding van twee autonome mensen. Het is een vruchtbare grond voor kinderen om open te bloeien in wie ze van binnen zijn. Ze maken hun kinderen zowel vertrouwd met de natuurlijke kwaliteiten van een mens als met de regels van de maatschappij.
 
In klas zeven zien we ouders die volgens de universele energetische principes leven. In overgave aan het leven, en in volle vertrouwen dat alles altijd is zoals het moet zijn, laten ze hun kinderen openbloeien. Ze maken hen ook vertrouwd met de regels van de maatschappij.
 
De klassen sluiten in ontwikkeling aan bij elkaar.
In elke klas zal de basis van de opvoeding er anders uitzien. In elke klas ben je als ouder een andere mens die op een andere manier in het leven staat. Dit geeft je in elke klas een andere houding naar je kinderen. Je hebt andere inzichten en andere vaardigheden om je kind te helpen. Bij elke klas hoort dus een andere manier van opvoeden, komen andere thema’s, knelpunten en conflicten aan de orde.
 
Wil je meer weten over het ouderschap in de verschillende klassen dan kan je onderstaande titels aanklikken en kom je vanzelf bij de klas die je wil verkennen.
 
 
 
 
 
 
 
 
^ Naar boven