|
|
School voor Levenskunsten |
|
|
School voor Levenskunsten |
Zijn persoonlijkheid is opgebouwd uit zeven lagen:
Diep binnenin bevindt zich zijn kern. Het is de laag waarin hij zich open, warm en vol liefde voelt. Deze kern is diep weggestopt want als klein kind reikte hij onbevangen vanuit deze kern uit naar buiten. Maar omdat zijn ouders niet meer deze zelfde heelheid en liefde in zichzelf kunnen voelen, hebben ze hem in deze puurheid niet kunnen ontvangen. Dat voelt heel pijnlijk voor het kleine kind. Hij trekt zijn puurheid en liefde diep in zichzelf terug en durft het niet meer aan om uit te reiken naar buiten.
Rond de kern vormt zich daardoor een tweede laag: een pijnlaag. Het is de laag waarin we pijn voelen, ons afgewezen voelen, ons minderwaardig, belachelijk, nietszeggend voelen, een laag met veel schaamte en schuldgevoelens. Het is de laag die gevormd is door de pijn van het afgewezen kind: de pijnlaag.
Er gebeurt nog iets anders in het kind. Met de ene impuls is het welkom, met de andere niet. Alle kanten die verboden worden, tracht hij wel weg te drukken, maar ze blijven verder leven. Ze verdwijnen niet maar verhuizen naar diepe onbewuste lagen. Hetzelfde gebeurt met het verzet dat het voelt. Het voelt onrecht, wil boos worden, maar zijn ouders zijn veel groter en sterker. Hij moet zijn boosheid en verzet ook onderdrukken. Alles wat het kind moet onderdrukken is niet weg, maar verdwijnt naar onbewuste lagen. Daar wachten deze impulsen hun kans af tot ze naar boven kunnen komen: het is de laag van de schaduwkanten
Door de pijn van de afwijzing en al de kanten die niet welkom zijn, krijgt een kind het gevoel niet goed genoeg te zijn. Dit is te pijnlijk om te voelen. Daarom verzacht een kind zijn pijn door zichzelf af te wijzen. Het is minder pijnlijk om te zeggen dat hij de liefde van zijn ouders niet waard is dan om te voelen dat hij geen liefde krijgt. Deze zelfafwijzing is totaal zowel in de fysieke, emotionele en mentale laag.
* lichamelijk blokkeert hij zijn levensimpulsen die willen naar boven komen door spanningszones in zijn lichaam op te bouwen vb in zijn keel, zijn middenrif en bekken. Op deze manier kan zijn levensenergie die spontaan van onder naar boven door zijn lichaam stroomt worden afgedamd.
*tegelijk installeert hij een mentale en gevoelsmatige overtuiging: vb ik ben toch niet goed genoeg om liefde te krijgen.
Dit vormt zijn vierde laag: de laag van zelfafwijzing.
Het kind reikt niet meer uit, maar leert nu naar zijn ouders kijken en reageren op hen. Hij leert nu wat wel en niet kan, hoe hij wel aandacht kan krijgen en hoe niet, hoe hij kan behagen en invloed kan verwerven. Op deze manier vormt hij zijn vijfde laag: de laag van zijn overlevingsstrategieën.
Met al deze lagen als fundament ontwikkelt hij zijn persoonlijkheid. Het is een compromis tussen hoe zijn ouders hem opvoeden, wat de maatschappij wel en niet van hem wil en wat aansluit bij zijn andere lagen. Dit vormt zijn aangepaste persoonlijkheid. Het is in deze laag dat zijn ouders hem opvoeden en dat hij leert om iemand te zijn, al dan niet met vertrouwen in wie hij is. Dit is de laag waarin al zijn gevoelens, oordelen en gedachten liggen opgeslagen. Het is de laag van de aangepaste persoonlijkheid.
Maar omdat hij ook met deze persoonlijkheid niet altijd welkom is en hier ook nog in afgewezen en gekwetst wordt, ontwikkelt hij een nog minder kwetsbare laag: zijn imago. Vanuit dit imago krijgt hij aandacht. Deze aandacht streelt zijn ego en vult hem wel, maar kan geen vervulling geven. Want hij voelt dat hij die aandacht krijgt voor de rol die hij speelt en niet voor wie hij werkelijk is.
Je wilt gelukkig zijn met jezelf, ook bij een dip en tegenslagen? ja, dat kan
maar pas op:
LEVEN MET JEZELF ? de makkelijkste en de moeilijkste van alle relaties
Hoe ze moelijk kan, dat weet je al. Hier krijg je de inzichten waarom ze zo moeilijk is geworden. Het allerbelangrijkste is echter dat je ontdekt hoe ze gemakkelijk wordt.
Waarom is het zo moeilijk om met onszelf te leven?
Omdat we ons vanuit ons imago aan anderen laten zien. Het is onze comfortzone. Ons imago is het beeld zoals we willen dat anderen ons zien. We hebben dat beeld zorgvuldig opgebouwd. Op deze manier krijgen we het meeste aandacht en voelen we ons minst kwetsbaar. Dit imago is voor iedereen verschillend: de ene voelt zich het meest veilig als hij in eht middelpunt van de belangstelling staat, de ander om zich grappen, of omdat hij iedereen zo goed begrijpt, omdat hij succesvol is of juist zoveel tegenslagen heeft, de stille, de lieve, de zorgende, de branieschopper. Het zijn allemaal verschillende comfortzones. Maar dit imago verbergt wat er echt in ons leeft. Dus als we aandacht voor ons imago krijgen geeft dat nooit zoveel voldoening. We krijgen immers alleen maar aandacht voor het rolletje dat we spelen. Het gaat niet om ons. Ons imago is echter op een leugen gebouwd en daarom is het zo moeilijk om echt met onszelf te leven. We hechten zo aan dat imago en tegelijk weten we dat het nep is. Net zo nep als we ons meestal op facebook laten zien.
Waarom zijn we nooit goed genoeg?
Iedereen wil beter, meer en anders zijn. We denken dat als we gewoon onszelf zijn niemand nog van ons zal houden. Zo kijken we diep van binnen naar onszelf. Maar dat is een leugen want als we ons echt laten zien zoals we zijn, zijn we allemaal prachtige mensen. Toch is dat heel moeilijk om dit te geloven want we kijken heel anders naar onszelf en dat heeft een lange voorgeschiedenis.
Hoe zitten we eigenlijk als mens in elkaar?
Onze persoonlijkheid is opgebouwd uit zes lagen.
Eigenlijk zijn we diep van binnen heel mooie, open en prachtige liefdevolle mensen, maar dat geloven we zelf niet. Dat hebben we alleen zo gevoeld toen we heel klein waren. Dat is dus de diepste laag: onze kern.
Als klein kind reiken we onbevangen en open vanuit deze kern uit maar omdat onze ouders niet meer vanuit deze kern leven maar vanuit heel andere lagen, kunnen ze ons niet vanuit onze kern ontvangen. Daardoor worden we veelvuldig gekwetst en voelen ons afgewezen. We zijn daar als klein kind ook heel gevoelig en kwetsbaar in. Op deze manier vormt zich rond onze kern een tweede laag: onze pijnlaag. Het is de laag waarin we pijn voelen, ons afgewezen voelen, ons minderwaardig, belachelijk, nietszeggend voelen, een laag veel schaamte en schuldgevoelens zich vormen. Het is de pijnlaag, de laag van het afgewezen kind.
Het kind begrijpt niet waarom het gestraft en afgewezen wordt of waarom bepaalde kanten van hem welkom zijn en andere niet. Hij voelt hier verzet tegen, wordt boos en opstandig. Maar als zijn ouders zijn verzet neit verwelkomen, voelt hij zich onmachtig. Zij zijn volwassen en hij is klein. HIj kan tegen hen niet op. HIj trekt zich terug met zijn verzet, maar zijn verzet blijft sluimeren in onbewuste lagen. Daar diep van binnen smelt het samen met andere momenten van verzet. Zijn gekwetste gevoel en verzet blijft ondergronds verder leven. Zo vormt zich een laag van verzet tegen alle kwetsuren en ook alle verboden kanten gaan hier verder leven: Deze derde laag vormt zijn schaduwkant.
Zowel zijn pijnlaag als schaduwkant geven hem het gevoel niet goed genoeg te zijn. Dit is te pijnlijk om te voelen. Daarom verzacht een kind zijn pijn door zichzelf af te wijzen. Het is minder pijnlijk om te zeggen dat hij de liefde van zijn ouders niet waard is dan om te voelen dat hij geen liefde krijgt. Deze zelfafwijzing is totaal:
* hij blokkeert zijn levensimpulsen door spanningszones in zijn lichaam op te bouwen vb in zijn keel, zijn middenrif en bekken. Op deze manier kan zijn levensenergie die spontaan van onder naar boven door zijn lichaam stroomt worden afgedamd.
*tegelijk installeert hij een mentale en gevoelsmatige overtuiging: vb ik ben toch niet goed genoeg om liefde te krijgen.
Dit vormt zijn vierde laag: de laag van zelfafwijzing
Het is echter als klein kind te pijnlijk om deze afwijzing te voelen. Het is minder pijnlijk om zichzelf de schuld te geven en zichzelf af te wijzen dan deze pijn te voelen. HIj vormt lagen die vanuit zelfafwijzing bestaan. Deze krijgen in zijn lichaam vorm doordat hij in zijn stromend lichaam tussenschotten bouwt, spanningszones die zijn levensenergie blokkeren. Het vormen zijn lichaamsblokkades. Zo vormt hij blokkades in zijn keel om niet te luidruchtig te zijn of om niet boos te zijn, blokkades in zijn middenrif zodat de impulsen die uit zijn buik komen, niet naar boven kunnen komen en blokkades in zijn bekken om levensenergie en seksuele energie de pas af te snijden. Tegelijk installeert hij denkpatronen waarin hij zichzelf afwijst. bv als hij weinig liefde krijgt, installeert hij een patroon dat hij deze liefde niet verdient. Dat is veel minder pijnlijk dan het gevoel dat hij recht heeft op liefde maar deze niet krijgt. Het zijn mentale afweermechanismes om zijn pijn te verzachten. Dit vormt zijn derde laag: de laag van zelfontkenning. Deze zal vanaf dan de onderstroom in zijn leven worden die alles bestuurt.
Ondertussen heeft het kind ook het besluit genomen dat het veel te kwetsbaar is om uit te reiken vanuit zijn kern. Het leert reageren op zijn ouders en zich vandaaruit aangepast gedragen. Zo ontdekt hij hoe hij mag zijn om liefde te kunnen krijgen: zo vormt hij zijn vierde laag: de laag van de aangepaste persoonlijkheid waarin hij zijn gevoelens en gedachten vorm geeft.
Het imago is het beeld dat we willen dat anderen van ons hebben, een constructie van schijnzelfverzekerdheid. Het is de afscherming voor anderen van onze innerlijke heksenketel van angsten en bedekkingen van angsten. Anderen zien ons dan zoals we onszelf graag willen zien. Iedereen speelt hem dagelijks: de goodgyu, de slordige hippie, de stoere bink, de grapjas, de nerd, de bange, de verwaarloosde enz. Daar voelen we ons goed bij. tekst is van jan Geurtz
waarom durven we elkaar niet aankijken op straat: we willen ons verbergen?
imago is gebouwd op een leugen van zelfafwijzing
we reiken uit maar worden gekwetst, we trekken ons uitreiken terug en leren om te reageren op de ander. Vandaar dat gedragstherapeuten zeggen dat mensen copycats zijn.
rond onze kern: diepe laag van schaamte, pijn, minderwaardigheid
het is veel te pijnlijk om dit te voelen: dus wijzen we onszelf af, dat is veel minder erg dan voelen dat er geen liefde is
afweermechanismen en innerlijke lichaamsblokkades deze bepalen onze gevoelens, gedachten en overtuigingen over onszelf,
maar ook deze verbergen we oen dat doen we door ons imago
Het kind dat op de bekende manier wordt opgevoed schept als volwassene precies die wereld waarin we nu leven. Het kind leeft verbrokkeld met zichzelf in een verbrokkelde wereld.
Deze volwassene durft zichzelf niet te zijn. Sterker nog hij heeft geleerd om zich te verbergen voor zichzelf en voor anderen. Hij leeft vanuit zijn imago, het beeld waarmee hij zich aan anderen laat zien en dat hem het meeste aandacht oplevert. Maar dit beeld verbergt wie hij werkelijk is. Dit is het drama van het opgevoelde kind. Zelfs bij de meest liefdevolle ouders vervreemdt een kind van wat er echt in hem leeft. Hij leert leven vanuit zelfontkenning en zelfverloochening, opgebouwd in verschillende lagen en periodes in zijn jonge kinderleven. Dit zijn de verschillende lagen van hun persoonlijkheid. Als klein kind zijn ze in alle openheid en onschuld naar buiten gekomen met wat in hen leefde, maar hierin zijn ze zeer erg gekwetst en afgewezen. Ze schrikken hier zo erg van en de pijn is zo groot dat ze niet meer durven uitreiken. Voortaan leren ze reageren op hun ouders en de wereld om hen heen. Ze leren hoe ze zich moeten gedragen en wat er van hen verwacht wordt. Hun ouders zijn hierbij hun model. Zo ontstaan hun aangeleerde patronen Rondom hun kern ontwikkelt zich echter een pijnlijke laag van minderwaardigheid, schuldgevoel, schaamte over wie ze zijn. Deze pijn van de afwijzing is echter te pijnlijk om deze te voelen. Het is voor een kind minder pijnlijk om zichzelf af te wijzen dan om de afwijzing van zijn ouders te voelen. Uit zelfbehoud ontwikkelen ze strategieën om deze pijn te verzachten. Het zijn manieren van zelfafwijzing en zelfloochening. Zo zal het spontane kind dat met al zijn liefde naar buiten komt en daarin niet gezien wordt, tegen zichzelf zeggen dat het een slecht kind is, dat het geen liefde waard is. Dit zijn afweermechanismen of diepe overtuigingen over zichzelf. Tegelijk geeft hij zijn eigen lichaam opdracht om minder levendig te zijn. Op deze manier bouwt het innerlijke blokkades bv in zijn keelgebied, in zijn middenrif, rond zijn hart of rond zijn bekken. Op deze manier installeert een kind vele verschillende blokkades en afweermechanismen. Na een tijdje is hij zich hier net meer van bewust maar ze blijven onbewust wel zijn leven besturen. Tot hij erin slaagt deze lichaamsspanningen op te heffen en deze afweermechanismen te ontmantelen blijft hij hier de gevangene van, zonder dit te weten. Het is voor hem ook veel te kwetsbaar om zijn strategieën met anderen te delen. Om deze kwetsbaarheid te verbergen bouwt hij er dus nog een imagolaag bovenop. Vanuit dit imago krijgt hij aandacht. Deze aandacht streelt zijn ego en vult hem wel, maar kan geen vervulling geven. Want hij voelt dat hij die aandacht krijgt voor de rol die hij speelt en niet voor wie hij werkelijk is. Hun imago is immers gebouwd op zelfontkenning en zelfloochening. Ze hebben een lange leerschool doorlopen op zichzelf leren ontkennen. Hun ouders, hun model leefden ook vanuit deze zelfontkenning, dus dit versterkt nog hun neiging tot zelfontkenning. Het is dan ook niet zo verwonderlijk dat ontkenning van wat er werkelijk is op alle vlakken in de wereld terug komt, zowel in families, samenleven in gemeenschappen als op wereldvlak. Daar kan ik honderden voorbeelden van geven.
e ontdekken hoe ze gemakkelijk wordt.
5 REDENEN OM JEZELF NIET TE ACCEPTEREN ZOALS JE BENT ?
* Jezelf niet accepteren zoals je bent is al eeuwenlang de regel. Kijk naar je overgrootouders, grootouders, ouders: ze hadden oordelen over henzelf . Jij als goede copycat hebt dit van jouw ouders gecopieerd.
* je hebt het met de paplepel meegekregen: als kind was je toch ook nooit goed genoeg, het kon altijd beter, meer of anders. Zo heb jij jezelf geprogrammeerd.
*sommige kanten van jou waren oke als kind en werden aangemoedigd, andere moest je ondedrukken. Onmogelijk om jezelf dan in je geheel te kunnen accepteren.
* als jij thuis niet de liefde kreeg, die je nodig had, was het veel minder pijnlijk om jezelf de schuld te geven dan de pijn te voelen dat je geen liefde kreeg. Zo heb je al vroeg tegen jezelf verteld dat je niet goed genoeg was
* Het is beter voor de consumptiemaatschappij want als je ontevreden bent geef je veel meer uit en wil je altijd meer.
DE BESTE MANIEREN OM ONGELUKKIG TE BLIJVEN
* alleen het positieve zien
*altijd meer willen
*jezelf vergelijken met anderen
Je keek als kind naar je model (je ouders) die zichzelf ook kritiek gavenals goede copyhebt het met de paplepel meegekregen: als kind was je toch ook niet goed genoeg zoals je was, je moest altijd meer, beter en anders zijn.
* Sommige kanten van jou waren als kind oke en werden aangemoedigd, ander moest je onderdrukken. Onmogelijk om jezelf dan in zijn geheel te kunnen accepteren
* je keek als kind naar je model: ook zij zeiden dat ze niet oke waren. Als goede copycat nam je dit gretig over bent opgevoed door mensen die zichzelf ook niet accepteerden zoals ze waren en zij hebben jou op hun beurt ditzelfde gevoel gegeven we zijn zo opgevoed:
*Er zijn verschillende manieren van gelukkig zijn, sommige passen bij een gemakkelijke en andere bij een moeilijke relatie met jezelf
veranderen?
Je diepste overtuigingen bron???celgeheugen
Mentaal kan je ze gemakkelijk veranderen, ze zitten dan in je korte termijngeheugen. Maar je lange termijngeheugen is heel anders geprogrammeerd. Het is verankerd met waarheden die we hebben aangenomen al van in onze kinderjaren. De diepste overtuigingen zijn al gevormd voor dat we konden denken in onze eerste levensjaren. Ze zijn in ons celgeheugen opgeslagen en wil je deze veranderen dan moet je met deze cellen contact kunnen maken. Dat doe je door te ademen zodat je op celnivo een vibratie voelt. Dan komt de deur naar je celgeheugen open.
lagen van zelfloochening en afwijzing
de meeste volwassen mensen overleven meer dan dat ze leven. Ze hebben een druk leven en vullen hun leven in plaats dat ze het vervullen. Ze leven vanuit hun imago en verloochenen daarmee het grootste deel van wie ze zijn. Ze leggen vaak een hele weg af om van overleven naar leven over te stappen. Ze laten zich aan anderen zien vanuit hun imago dat ze zorgvuldig hebben opgebouwd. Het is de manier zoals we ons graag aan anderen laten zien omdat dit voor ons de veiligste manier is. De ene voelt zich het veiligt door een branieschopper te zijn, in het middelpunt van de belangstelling te staan, sociaal te zijn, er voor anderen te zijn, een mislukkeling of bangerik te zijn. Ieder kiest onbewust dat imago dat hem het meeste veiligheid geeft. Maar dit imago verbergt wie we werkelijk zijn. Waarop verbergen we ons zo, omdat we ons schamen, ontevreden zijn met wat er echt van binnen in ons leeft. Ons imago is het resultaat van een ingewikkelde patronen van zelfafwijzing. Lagen van zelfafwijzing:
UKKIG ZIJN. WELK GELUK WIL JE ?
Er zijn verschillende manieren van gelukkig zijn, sommige passen bij een gemakkelijke en andere bij een moeilijke relatie met jezelf
Je wilt gelukkig zijn met jezelf, ook bij een dip en tegenslagen? ja, dat kan
maar pas op:
LEVEN MET JEZELF ? de makkelijkste en de moeilijkste van alle relaties
Hoe ze moelijk kan, dat weet je al. Hier krijg je de inzichten waarom ze zo moeilijk is geworden. Het allerbelangrijkste is echter dat je ontdekt hoe ze gemakkelijk wordt.
Waarom is het zo moeilijk om met onszelf te leven?
Omdat we ons vanuit ons imago aan anderen laten zien. Het is onze comfortzone. Ons imago is het beeld zoals we willen dat anderen ons zien. We hebben dat beeld zorgvuldig opgebouwd. Op deze manier krijgen we het meeste aandacht en voelen we ons minst kwetsbaar. Dit imago is voor iedereen verschillend: de ene voelt zich het meest veilig als hij in eht middelpunt van de belangstelling staat, de ander om zich grappen, of omdat hij iedereen zo goed begrijpt, omdat hij succesvol is of juist zoveel tegenslagen heeft, de stille, de lieve, de zorgende, de branieschopper. Het zijn allemaal verschillende comfortzones. Maar dit imago verbergt wat er echt in ons leeft. Dus als we aandacht voor ons imago krijgen geeft dat nooit zoveel voldoening. We krijgen immers alleen maar aandacht voor het rolletje dat we spelen. Het gaat niet om ons. Ons imago is echter op een leugen gebouwd en daarom is het zo moeilijk om echt met onszelf te leven. We hechten zo aan dat imago en tegelijk weten we dat het nep is. Net zo nep als we ons meestal op facebook laten zien.
Waarom zijn we nooit goed genoeg?
Iedereen wil beter, meer en anders zijn. We denken dat als we gewoon onszelf zijn niemand nog van ons zal houden. Zo kijken we diep van binnen naar onszelf. Maar dat is een leugen want als we ons echt laten zien zoals we zijn, zijn we allemaal prachtige mensen. Toch is dat heel moeilijk om dit te geloven want we kijken heel anders naar onszelf en dat heeft een lange voorgeschiedenis.
Hoe zitten we eigenlijk als mens in elkaar?
Onze persoonlijkheid is opgebouwd uit zes lagen.
Eigenlijk zijn we diep van binnen heel mooie, open en prachtige liefdevolle mensen, maar dat geloven we zelf niet. Dat hebben we alleen zo gevoeld toen we heel klein waren. Dat is dus de diepste laag: onze kern.
Als klein kind reiken we onbevangen en open vanuit deze kern uit maar omdat onze ouders niet meer vanuit deze kern leven maar vanuit heel andere lagen, kunnen ze ons niet vanuit onze kern ontvangen. Daardoor worden we veelvuldig gekwetst en voelen ons afgewezen. We zijn daar als klein kind ook heel gevoelig en kwetsbaar in. Op deze manier vormt zich rond onze kern een tweede laag: onze pijnlaag. Het is de laag waarin we pijn voelen, ons afgewezen voelen, ons minderwaardig, belachelijk, nietszeggend voelen, een laag veel schaamte en schuldgevoelens zich vormen. Het is de pijnlaag, de laag van het afgewezen kind.
Het kind begrijpt niet waarom het gestraft en afgewezen wordt of waarom bepaalde kanten van hem welkom zijn en andere niet. Hij voelt hier verzet tegen, wordt boos en opstandig. Maar als zijn ouders zijn verzet neit verwelkomen, voelt hij zich onmachtig. Zij zijn volwassen en hij is klein. HIj kan tegen hen niet op. HIj trekt zich terug met zijn verzet, maar zijn verzet blijft sluimeren in onbewuste lagen. Daar diep van binnen smelt het samen met andere momenten van verzet. Zijn gekwetste gevoel en verzet blijft ondergronds verder leven. Zo vormt zich een laag van verzet tegen alle kwetsuren en ook alle verboden kanten gaan hier verder leven: Deze derde laag vormt zijn schaduwkant.
Zowel zijn pijnlaag als schaduwkant geven hem het gevoel niet goed genoeg te zijn. Dit is te pijnlijk om te voelen. Daarom verzacht een kind zijn pijn door zichzelf af te wijzen. Het is minder pijnlijk om te zeggen dat hij de liefde van zijn ouders niet waard is dan om te voelen dat hij geen liefde krijgt. Deze zelfafwijzing is totaal:
* hij blokkeert zijn levensimpulsen door spanningszones in zijn lichaam op te bouwen vb in zijn keel, zijn middenrif en bekken. Op deze manier kan zijn levensenergie die spontaan van onder naar boven door zijn lichaam stroomt worden afgedamd.
*tegelijk installeert hij een mentale en gevoelsmatige overtuiging: vb ik ben toch niet goed genoeg om liefde te krijgen.
Dit vormt zijn vierde laag: de laag van zelfafwijzing
Het is echter als klein kind te pijnlijk om deze afwijzing te voelen. Het is minder pijnlijk om zichzelf de schuld te geven en zichzelf af te wijzen dan deze pijn te voelen. HIj vormt lagen die vanuit zelfafwijzing bestaan. Deze krijgen in zijn lichaam vorm doordat hij in zijn stromend lichaam tussenschotten bouwt, spanningszones die zijn levensenergie blokkeren. Het vormen zijn lichaamsblokkades. Zo vormt hij blokkades in zijn keel om niet te luidruchtig te zijn of om niet boos te zijn, blokkades in zijn middenrif zodat de impulsen die uit zijn buik komen, niet naar boven kunnen komen en blokkades in zijn bekken om levensenergie en seksuele energie de pas af te snijden. Tegelijk installeert hij denkpatronen waarin hij zichzelf afwijst. bv als hij weinig liefde krijgt, installeert hij een patroon dat hij deze liefde niet verdient. Dat is veel minder pijnlijk dan het gevoel dat hij recht heeft op liefde maar deze niet krijgt. Het zijn mentale afweermechanismes om zijn pijn te verzachten. Dit vormt zijn derde laag: de laag van zelfontkenning. Deze zal vanaf dan de onderstroom in zijn leven worden die alles bestuurt.
Ondertussen heeft het kind ook het besluit genomen dat het veel te kwetsbaar is om uit te reiken vanuit zijn kern. Het leert reageren op zijn ouders en zich vandaaruit aangepast gedragen. Zo ontdekt hij hoe hij mag zijn om liefde te kunnen krijgen: zo vormt hij zijn vierde laag: de laag van de aangepaste persoonlijkheid waarin hij zijn gevoelens en gedachten vorm geeft.
Hoe zitten we eigenlijk als mens in elkaar?
Onze persoonlijkheid is opgebouwd uit zes lagen.
Eigenlijk zijn we diep van binnen heel mooie, open en prachtige liefdevolle mensen, maar dat geloven we zelf niet. Dat hebben we alleen zo gevoeld toen we heel klein waren. Dat is dus de diepste laag: onze kern.
Als klein kind reiken we onbevangen en open vanuit deze kern uit maar omdat onze ouders niet meer vanuit deze kern leven maar vanuit heel andere lagen, kunnen ze ons niet vanuit onze kern ontvangen. Daardoor worden we veelvuldig gekwetst en voelen ons afgewezen. We zijn daar als klein kind ook heel gevoelig en kwetsbaar in. Op deze manier vormt zich rond onze kern een tweede laag: onze pijnlaag. Het is de laag waarin we pijn voelen, ons afgewezen voelen, ons minderwaardig, belachelijk, nietszeggend voelen, een laag veel schaamte en schuldgevoelens zich vormen. Het is de pijnlaag, de laag van het afgewezen kind.
Het kind begrijpt niet waarom het gestraft en afgewezen wordt of waarom bepaalde kanten van hem welkom zijn en andere niet. Hij voelt hier verzet tegen, wordt boos en opstandig. Maar als zijn ouders zijn verzet neit verwelkomen, voelt hij zich onmachtig. Zij zijn volwassen en hij is klein. HIj kan tegen hen niet op. HIj trekt zich terug met zijn verzet, maar zijn verzet blijft sluimeren in onbewuste lagen. Daar diep van binnen smelt het samen met andere momenten van verzet. Zijn gekwetste gevoel en verzet blijft ondergronds verder leven. Zo vormt zich een laag van verzet tegen alle kwetsuren en ook alle verboden kanten gaan hier verder leven: Deze derde laag vormt zijn schaduwkant.
Zowel zijn pijnlaag als schaduwkant geven hem het gevoel niet goed genoeg te zijn. Dit is te pijnlijk om te voelen. Daarom verzacht een kind zijn pijn door zichzelf af te wijzen. Het is minder pijnlijk om te zeggen dat hij de liefde van zijn ouders niet waard is dan om te voelen dat hij geen liefde krijgt. Deze zelfafwijzing is totaal:
* hij blokkeert zijn levensimpulsen door spanningszones in zijn lichaam op te bouwen vb in zijn keel, zijn middenrif en bekken. Op deze manier kan zijn levensenergie die spontaan van onder naar boven door zijn lichaam stroomt worden afgedamd.
*tegelijk installeert hij een mentale en gevoelsmatige overtuiging: vb ik ben toch niet goed genoeg om liefde te krijgen.
Dit vormt zijn vierde laag: de laag van zelfafwijzing
Het is echter als klein kind te pijnlijk om deze afwijzing te voelen. Het is minder pijnlijk om zichzelf de schuld te geven en zichzelf af te wijzen dan deze pijn te voelen. HIj vormt lagen die vanuit zelfafwijzing bestaan. Deze krijgen in zijn lichaam vorm doordat hij in zijn stromend lichaam tussenschotten bouwt, spanningszones die zijn levensenergie blokkeren. Het vormen zijn lichaamsblokkades. Zo vormt hij blokkades in zijn keel om niet te luidruchtig te zijn of om niet boos te zijn, blokkades in zijn middenrif zodat de impulsen die uit zijn buik komen, niet naar boven kunnen komen en blokkades in zijn bekken om levensenergie en seksuele energie de pas af te snijden. Tegelijk installeert hij denkpatronen waarin hij zichzelf afwijst. bv als hij weinig liefde krijgt, installeert hij een patroon dat hij deze liefde niet verdient. Dat is veel minder pijnlijk dan het gevoel dat hij recht heeft op liefde maar deze niet krijgt. Het zijn mentale afweermechanismes om zijn pijn te verzachten. Dit vormt zijn derde laag: de laag van zelfontkenning. Deze zal vanaf dan de onderstroom in zijn leven worden die alles bestuurt.
Ondertussen heeft het kind ook het besluit genomen dat het veel te kwetsbaar is om uit te reiken vanuit zijn kern. Het leert reageren op zijn ouders en zich vandaaruit aangepast gedragen. Zo ontdekt hij hoe hij mag zijn om liefde te kunnen krijgen: zo vormt hij zijn vierde laag: de laag van de aangepaste persoonlijkheid waarin hij zijn gevoelens en gedachten vorm geeft.
Je bewustzijn wat er in jou gebeurt en wat er in je kind gebeurt vraagt zelfkennis en kennis van de fasas in de ontwikkeling van je kind. In ons drukke leven staan we hier vaak niet bij stil.
In onze westerse cultuur is seksualiteit vooral gericht op opwinding, genot ervaren en klaarkomen. Het is daarbij een bron van gezondheid, ontspanning en intimiteit.